Komt, geeft de verzeek’ring, ‘k moet spoedig terug
De klok heeft het uur reeds gemeld.
Ik zeg ’t u, geeft gij mij de sleutels niet vlug
Dan is reeds uw vonnis geveld.
De wakkere Geuzen staan tandknersend daar.
Zij wetten hun zwaarden en maken zich klaar
En zweren: Den dood of Den Briel (2x)